Korte beschrijving van de bunker
|
- Uitwendige kenmerken.
- Origineel concept
- Volgens de voorstudie zou de bunker het uitzicht moeten hebben gekregen van een assestenen gebouwtje met een vrij plat dak met donkere dakpannen. Het geheel moest dan omgeven worden door planten en klimop.
- Uiteindelijk is de camouflage bij het opstellen van de plannen gewijzigd.
- Effectief gebouwd concept
- Al het houtwerk was standaard uitgevoerd in Noors rood dennenhout tenzij anders vermeld.
- De bunker was onderaan uitgewerkt met enkele rijen baksteen die dienst deden als fundering. Hierop werd een houten skelet geplaatst dat tevens ook verankerd was met de betonnen constructie via in het beton aanwezige ijzeren haken.
- Het skelet werd daarna bekleed met in creoline doordrenkte schutplanken in dennehout van 2.5 tot 3.5 cm dik.
- De toegangsdeur was uitgewerkt als een houten plaat bekleed met schutplanken. De afmetingen waren 0.80m x 1.80 m (BxH).
- De beide schietgaten waren gelijkaardig uitgewerkt maar de in het bestek terug te vinden afmetingen van 1.00m x 1.40m lijken weinig waarschijnlijk gezien je op de originele foto van bunkertje B25 van voor de meidagen 40 duidelijk een kleiner valluikje ziet. Het valt ook op dat de cementering rond de schietgaten zeker bij deze bunker zeer klein zijn uitgewerkt en in feite bestaan uit beperkt geelbruin geverfde randen van het schietgat. Dit is heel wat kleiner dan wat zou geverfd geweest zijn bij open luiken van 1.00m x 1.40 m. Allicht waren het valluiken van 1.00m x 0.60m (BxH) zoals bij de bunker D16.
- Daarnaast had hij een vrij plat, gelaagd dak, typisch voor de schaapstalbunkertjes.
- In het toegangssas werd een sterfputje voorzien.
- Bij de bunkers met mitrailleurkamer(s) was de toegang tot de eigenlijke gevechtsruimtes van de bunker gescheiden van het sas door middel van een gepantserde metalen deur van 0.86m x 1.82m (BxH) met zonneblinden, omlijsting en luikje voor toegangsverdediging.
- De eigenlijke toegang bij de inkom was op zijn beurt afgesloten met een metalen traliehekje van 0.90m x 1.82m
- In elke mitrailleurkamer was daarnaast standaard aanwezig:
- 3.50 meter etagères met leggers in inlandse eik.
- Een inlands eiken plankje van 0.32m x 0.12m x 0.06m met ijzeren steunen voor de plaatsing van een kogelpers.
- 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
- Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
- 1 chardome en chardomeplaat voor de standaard opstelling van een Maximmitrailleur
- Ventillatiegaten waren aan de buitenzijde aan de bovenzijde afgesloten met een koperen geperforeerde afdekplaat om ingooien van projectielen naar binnen onmogelijk te maken.
- Het globale uitzicht was dan ook dit van een houten boshut op de rand van bos en weiland.
- Structuur.
- De bunker bevat twee mitrailleurkamers en achteraan een sas.
- Opmerkingen.
- Het is een commandobunker op de steunlinie tussen Muntekouter en Betsberg tussen D13 (515 m) en D14 (360 m).
- Hij was solitair opgesteld.
- De bunker was standaard voorzien voor de opstelling van Maximmitrailleurs. Daarnaast was hij eveneens voorzien om Hotchkiss- of Coltmitrailleurs te kunnen opstellen.
- Het terrein horende bij de bunker zelf, was 1 are 91 Centi-are groot. Het betrof een gedeelte van de percelen Munte, unieke sectie, percelen 670b en 672b, beiden gekend als bos.
- Daarnaast omvatte de akte nog een permanente erfdienstbaarheid. Dit omvatte een strook grond die ten allen tijde diende beschikbaar gehouden te worden om de bunker na de bouw te kunnen gebruiken en bereiken door de militairen. Deze liep langs de rechter kant van de trekweg die loop van de weg Zink in de richting van het bos (heden nog bestaande en aan de straatkant afgesloten met een hek). Deze strook was 113.5 meter lang over het perceel 669a tot enkele meters diep het bos in. Daarna maakte deze erfdienstbaarheid (onder dekking van het bos) een hoek van 90° over het perceel 670b over een lengte van 43.5 meter in de richting van het onteigende perceel voor de bouw van de bunker.
- Naast deze permanente erfdienstbaarheid was er ook nog een tijdelijke erfdienstbaarheid nodig om de bouw van de bunker mogelijk te maken. Deze tijdelijke erfdienstbaarheid was maar 8 maanden. Ze verliep grotendeels over hetzelfde (uitgebreidere) terrein dan de permanente erfdienstbaarheid. In dit geval werd zo goed als het ganse wegeltje ingepalmd tot een strook van 5 meter breed. Omdat men het bos zo intakt mogelijk wenste te houden, werd het gedeelte om de bunker zelf te bereiken voorzien op de rand van het weiland en niet meer in het bos (perceel 669a). Dit maakte ook de lichte bocht van de rand van weiland en bos mee over een totale lengte van 55.25 meter.
- Alle terreinen horende bij deze akte waren origineel eigendom van de doktersfamilie Verstraeten, woonachtig te Melle.
- De akte werd getekend voor akkoord op 7 juni 1935 voor een schandalig hoge prijs, namelijk niet minder dan 10.000 Bef wat zeer hoge prijs mag genoemd worden voor een stukje bos en wat weiland.
- Er is binnen de akte wel geen sprake meer van jaarlijkse intresten op de onteigende terreinen en erfdienstbaarheden.
- Erfdienstbaarheden, zowel de permanente om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, als de tijdelijke die standaard werden in de aktes voorzien met een termijn van 8 maanden voor de bouw van de bunker mogelijk te maken, gingen net zoals het uitkeren van toegekende intresten pas in voege, van zodra de eigenlijke werken voor de bouw van de bunker werden aangevat, ongeacht de tijdsperiode die op die manier verstreek tussen aankoop van de gronden en de eigenlijke bouw van de bunker zelf.
- Het onteigende perceel dat werd afgesneden van het grotere percelen, kreeg na de onteigening geen aparte index toegemeten zodat het na de oorlog allicht niet zo 100% duidelijk meer zal geweest wat eigendom was van wie.
- Op actuele kadasterplannen wordt het perceel van de bunker niet meer gescheiden aangeduid en is er opnieuw enkel nog sprake van perceel 731b.
- De bunker is heden volledig toegankelijk al is dit voor de toegang nog beperkt te noemen.
- Het structuurtje is heden enorm overwoekerd door klimplanten. Hierdoor is hij de grootste gedeeltes van het jaar nog nauwelijks zichtbaar. Zelfs ik durf zeggen dat het als het bos volledig in het groen staat, nog moeilijk is hem terug te vinden vanaf de Zink.
- Gezien zijn lokatie op de linie, vertoont de bunker geen directe sporen van strijd.
- Aan de binnenzijde is de bunker vrij goed bewaard.
- Op basis van de hoeveelheden toegepast binnen de bouwproject A en B voor gelijkaardige bunkertjes, gecombineerd met de toegepaste basisprijzen zoals in het bestek van bouwproject F terug te vinden, werd een eerste benaderende prijs bepaald voor elk van de bunkertjes. Deze detailprijzen werden daarna herrekent via de regel van 3 op basis van de werkelijke projectprijs zoals terug te vinden in het bestek en de totaalprijs zoals zelf op basis van de gemaakte veronderstellingen, bekomen. Op die wijze moet dit bunkertje ongeveer 60.280,31 Bef gekost hebben.
- Als men hier nog eens een aantal zaken gaat bijtellen die niet dienden ingecalculeerd te worden door de bouwfirma's maar rechtstreeks werden aangeschaft door de militaire overheid zoals bv chardomes, koepels, ventillatoren,... moet de totale kostprijs ongeveer op 60.780,31 Bef hebben gelegen.
- Ter info: 1 BEF in 1934 komt ongeveer overeenkomt met een bedrag van 74 BEF (1.84€) in 2013, een "factor 74" dus.
|
Voorstudie van dit bunkertje.
De zichtbaren hoofdweg van linksonder naar rechtsboven in de weg Zink. Het is uiteindelijk ook deze weg die door deze bunker onder schot wordt gehouden. Dan wel de zone dichter naar de kerk van Munte toe.
Het bos en het weiland rond de bunker, maakt deel uit van de huidige domeinen van kasteel "De Zink" te Munte.
|
|
|
Detail bij dezelfde voorstudie. |
|
|
Detail van de onteigeningsschets horende bij deze bunker.
Je ziet duidelijk dat het onteingede terrein volledig op de rand van het bos ligt, tegen het weiland.
De erfdienstbaarheden maken beiden (permanente en tijdelijke) gebruik van de veldweg vanaf de Zink tot de rand van het bos.
De permanente erfdienstbaarheid loopt iets dieper in het bos. De tijdelijke erfdienstbaarheid maakt voor het gemak gebruik van de rand van het weiland en bos.
|
|
|
Terreinschets horende bij de bouwplannen.
Op het plan zie je duidelijk dat de bunker wel degelijk iets dieper in het bos lag zodat zijn wanden ook niet meteen zichtbaar waren vanaf de weg. Hij zat dus altijd wel iets of wat verstopt in het bos.
Ook zie je duidelijk dat de grotere bomen binnen het terrein waar de bunker werd gebouwd, dienden bewaard te blijven om de bunker ook na zijn bouw meteen reeds zo goed mogelijk aan het zicht onttrokken te houden.
|
|
|
Grondplan van de bunker die wel degelijk het uitzicht had van een houten boshut en niet het assestenen gebouwtje die men eerst omschrijft in de voorstudie van deze zelfde bunker.
|
|
|
Doorsnede AB bij bovenstaand grondplan. De doorsnede doorsnijdt de bunker in de breedte door de rechter mitrailleurkamer. Dan verschuift ze naar het toegangssas waar ze ook een doorsnede toont van het toegangssas met de sterfput.
Langs de onderzijde loopt een gemetste ringbalk waarop de houten camouflage werd bevestigd.
|
|
|
Langsdoorsnede CD bij bovenstaande grondplan. Dit toont een langsdoorsnede doorheen de linker mitrailleurkamer en het toegangssas. Ze geeft wel een mooi beeld van hoe het huidige kale blok beton er ooit moet hebben uitgezien. |
|
|
Actueel kadastraal plan van deze zelfde regio. Op het kadastrale plan wordt het perceel van de bunker niet apart meer aangeduid. Het is dan ook allicht al opnieuw opgegaan in het actueel perceel 731b (of gewoon vergeten dat het ooit afgescheiden was).
Er zit op het kadastraal plannetje wel een verschuiving. Zo blijkt alles vanaf de weg Zink lichtjes verschoven.
|
|
|
Zicht op de bunker vanaf de weg. |
|
|
De bunker kan in de winterperiode vrij goed onderscheiden worden op de rand van het bos (hij staat er zo een vijftal meter ver in). In de zomerperiode is hij nauwelijks te bespeuren tussen de rest van de begroeiing. |
|
|
Vooraanzicht van de sterk overgroeide bunker. |
|
|
voorkant van de bunker die origineel gecamoufleerd was met schorsplanken. Het geheel had het uitzicht van een boshut. |
|
|
De linker zijkant van de bunker met het toegangssas. |
|
|
Binnenzicht in het sas van de bunker. Bij deze bunker merk je toch dat je moet opletten bij het betreden van de bunkers. De bunker blijkt langs de buitenkant vrij ruim geopend. Langs binnen is het deurgat echter toch maar amper voor de helft geopend. |
|
|
Ook zwaluwen weten een bunkertje als dit op de rand van bos en weiland te appreciëren voor het maken van een nest. |
|
|
Binnenzicht van de eerste bunkerkamer. Tussen de geschriften op de muur ziet u nog duidelijk op de rechter muur de R, het richtteken voor het instellen van de schiethoeken van de mitrailleur. |
|
|
Zeer typisch is dat een bunkertje dat wat meer afgelegen is gepositioneerd, minder uitgebreid werd ontmanteld. Alle haken en liggers zijn nog aanwezig. |
|
|
Binnenzicht in de tweede mitrailleurkamer. Beide chardomes zijn nog aanwezig. |
|
|
Mooie sfeerfoto van dit bunkertje anno 2010. Op de achtergrond het kasteel "De Zink" te Munte, waar het bos waar de bunker in werd gebouwd, bijhoort. (Foto: Collectie Vanquaille Jan) |
|
|
|
|